De Hongerspelen

27-11-2019

Sterren:       >< >< >< >< ><
Auteur:        Suzanne Collins
Vertaald:     Maria Postema
Gelezen:     13-11-2019 tot 27-11-2019


Samenvatting:

Katniss Everdeen woont in het twaalfde en armste district van Panem, het land dat ooit bekendstond als Noord-Amerika. Met haar moeder en haaar zusje Prim leidt ze een armoedig leven, getekend door het keiharde regime van het welvarende Capitool. Jaarlijks worden de Hongerspelen uitgevaardigd: vierentwintig door loting aangewezen tributen, een jongen en een meisje uit elk district, gaan een strijd op leven en dood met elkaar aan. En dit jaar wordt Prim uitgeloot...
Katniss weet dat de Hongerspelen een doodvonnis voor haar jongere zusje betekenen en besluit haar plek in te nemen. Onder het oog van de hele bevolking van Panem, die de strijd als bron van vermaak volgt, begeeft ze zich in de gemanipuleerde arena. Gevangen in een meedogenloos web van bruut geweld, gemanipuleerde tv-beelden en corrupte politici komt Katniss voor de keus staan: hoe ver zal ze gaan om te overleven?


Het Vonnis:

Wauw, gewoon in één woord; WAUW!

Echt, een geweldig mooi boek. Dit is dan ook het eerste boek waar ik bewust, voor mijn doen, lang over heb gedaan. Binnen twee dagen had ik het al uit kunnen hebben. Dit is simpelweg niet gebeurd, doordat ik wist dat er een punt zou gaan komen waar ik het boek niet meer weg zou kunnen leggen. Dit punt kwam véél eerder dan verwacht, omdat dit in de meeste boeken die ik heb gelezen pas heel laat in het verhaal of helemaal niet gebeurt. Vanaf het moment dat Katniss arriveert in het Capitool heb ik een paar dagen gewacht met verder lezen, totdat ik zeker wist dat ik de tijd zou hebben om het in één ruk uit te lezen. Met die keuze ben ik achteraf gezien echt héél blij, want ik weet nu zeker dat ik het boek niet meer aan de kant had kunnen leggen!


Lievelingspersonage: Katniss, Rue & Peeta

Katniss is 16 jaar, maar erg volwassen voor haar leeftijd, en woont in district twaalf. Ze verzorgt haar moeder en haar twaalfjarige zusje Prim(rose) sinds haar elfde, toen haar vader overleed in de mijnen. Ze jaagt samen met haar vriend Gale illegaal in de bossen en heuvels rond District 12, en zorgt daardoor dat ze kunnen overleven. Ze is eigenlijk best lief en zorgzaam, maar door de tijd waarin ze leeft komt ze vaker nors en gevoelloos over. Ook is ze intelligent en snel, maar ze onderschat zichzelf te veel!

Rue is 12 jaar en komt uit district elf. Ze is uitgeloot als één van de vierentwintig tributen die verplicht zijn deel te nemen aan de Hongerspelen. De jongste deelneemster, maar zeker niet de zwakste. Ze vormt een team met Katniss en redt zelfs haar leven!

Peeta is ongeveer even oud als Katniss en komt net als zij uit district twaalf. Hij is de mannelijke tribuut uit hun district die verplicht is deel te nemen aan de Hongerspelen. Waar Katniss er steeds van overtuigd is dat zijn zogenaamde liefde voor haar maar een act is, zijn zijn gevoelens voor haar oprecht. Hij is al sinds ze klein waren verliefd op haar en heeft zonder het te weten zelfs al eens haar leven gered. Nu moet hij met en/of tegen haar strijden tot de dood daarop volgt!


Mooiste scène:

Ik loop naar het boogschuttersonderdeel. Eindelijk, mijn wapens! Mijn handen jeuken al dagen om ze te mogen vastpakken. Bogen van hout en plastic en ijzer en materialen waarvan ik de naam niet eens weet. Pijlen met veren die in perfecte, gelijke lijnen zijn gesneden. Ik kies een boog uit, span hem en sla de bijbehorende pijlkoker over mijn schouder. Er is een schietbaan, maar die is veel te saai. De geijkte schietschijven en menselijke silhouetten. Ik loop naar het midden van de zaal en kies mijn eerste doelwit uit. De pop die voor de messentraining wordt gebruikt. Zodra ik de boog naar achteren trek weet ik dat er iets niet klopt. De pees is strakker dan bij de boog die ik thuis gebruik. De pijl is harder. Ik mis de pop op meerdere centimeters en verlies de weinige aandacht die ik had afgedwongen. Heel even blijf ik vernederd staan, dan loop ik terug naar de schietschijf. Ik schiet telkens opnieuw, tot ik deze nieuwe wapens in mijn vingers heb.
Terug in het midden van de sportzaal neem ik mijn beginpositie weer in en spiets de pop recht in het hart. Daarna schiet ik het touw doormidden waar de zandzak aan hangt die voor het boksen wordt gebruikt - de zak scheurt open als hij op de grond valt. Zonder te stoppen maak ik een koprol, kom op één knie overeind en laat een pijl in een van de lampen vliegen die hoog boven de zaalvloer hangen. Er spat een regen van vonken uit de houder.
Dit is voortreffelijk schietwerk. Ik draai me om naar de Spelmakers. Een paar knikken goedkeurend, maar het overgrote deel heeft alleen nog maar oog voor het gebraden varken dat net op hun eettafel is gezet.
Plotseling ben ik woedend dat ze nog niet eens het fatsoen kunnen opbrengen om naar me te kijken, terwijl mijn leven nota bene op het spel staat. Een dood varken is blijkbaar belangrijker dan ik. Mijn hart begint te bonken en ik voel mijn gezicht gloeien. Zonder erbij na te denken haal ik een pijl uit mijn koker en schiet hem recht naar de tafel van de Spelmakers. Ik hoor kreten van schrik terwijl ze achteruit deinzen. De pijl doorboort de appel in de bek van het varken en spietst hem tegen de muur erachter. Iedereen staart me vol ongeloof aan. Ik bedank ze voor hun aandacht. Dan maak ik een lichte buiging en loop naar de uitgang, zonder dat iemand heeft gezegd dat ik mocht gaan. 

Het moment dat ik het boek het liefst door de kamer wilde slingeren:

Rue is op haar zij gerold met haar lichaam om de speer gebogen. Ik duw de jongen opzij, weg van haar, en pak mijn mes om haar uit het net te bevrijden. Met één blik op haar wond zie ik dat die veel te ernstig is voor mij om te kunnen genezen. Voor iedereen waarschijnlijk. De speerpunt zit tot aan de schacht in haar buik verscholen. Ik hurk voor haar neer en staar wanhopig naar het uitstekende wapen. Het heeft geen zin om troostende woorden te fluisteren, te zeggen dat het allemaal goed zal komen. Ze is niet gek. Haar hand komt omhoog en ik grijp hem vast alsof het een reddingslijn is. Alsof ik degene ben die sterf in plaats van Rue.

Rue:           Heb je het eten opgeblazen?

Katniss:     Tot op de laatste kruimel.

Rue:           Je moet winnen.

Katniss:     Ik ga ook winnen. En nu voor ons allebei.

Rue:          Niet weggaan. Zing.

Zing? Wat dan? Ik ken wel een paar liedjes. Geloof het of niet, maar ooit klonk er in mijn huis ook muziek. Muziek die ik hielp maken. Mijn vader stak me altijd aan met die prachtige stem van hem - maar sinds zijn dood heb ik niet veel meer gezongen. Behalve als Prim ziek is. Dan zing ik de liedjes voor haar die ze als baby ook al mooi vond. Zing. Mijn keel wordt dichtgeknepen door de tranen, is schor door rook en vermoeidheid. Maar als dit de laatste wens is van Prim, ik bedoel Rue, dan moet ik het op zijn minst proberen. Het liedje dat in me opkomt is een eenvoudig slaapliedje, waar we thuis huilerige, hongerige baby'tjes mee in slaap wiegen. Het is oud, heel erg oud volgens mij. Ooit, lang geleden in de heuvels verzonnen. Wat mijn muziekleraar een bergwijsje noemt. Maar de woorden zijn simpel en troostend en beloven dat morgen meer hoop zal brengen dan deze verschrikkelijke tijd die we vandaag noemen.

Katniss:     Onder de wilg, diep in het weiland. Is het gras je kussen, je warme ledikant. Vlei je hoofd neer en doe je ogen maar dicht. Als je ze opent, is alles weer licht. Hier is het veilig, hier is het zacht. Hier houden de madeliefjes de wacht. Hier komen je zoete dromen uit met de morgendauw. Hier is de plek waar ik van je hou. Diep in het weiland, ver hiervandaan. Een bladerdeken onder de stralende maan. Vergeet je zorgen, laat je ellende gaan. Straks breekt een nieuwe dag voor je aan. Hier is het veilig, hier is het zacht. Hier houden de madeliefjes de wacht. Hier komen je zoete dromen uit met de morgendauw. Hier is de plek waar ik van je hou.

Alles is rustig en stil. Dan, en het klinkt bijna griezelig nemen de spotgaaien mijn lied over. Ik blijf nog even zitten en kijk hoe mijn tranen op haar gezicht druppelen. Rues kanon gaat af. Ik buig me voorover en druk mijn lippen op haar slaap. Langzaam, alsof ik bang ven dat ze wakker zal worden, leg ik haar hoofd weer neer op de grond en laat haar hand los.

Dit wil ik later echt nog met iemand bespreken:

Ik ben nog steeds in een soort roes tijdens het eerste gedeelte van Peeta's interview. Maar hij heeft het publiek vanaf de eerste seconde in zijn zak - ik hoor ze lachen, naar hem schreeuwen. Hij speelt de ultieme bakkerszoon en vergelijkt de tributen met de broden uit hun districten. Daarna vertelt hij een grappige anekdote over de gevaren van de Capitooldouches. Hij vraagt aan Ceasar of hij nog steeds naar rozen ruikt. Dan volgt er een hele act waarbij ze om de beurt aan elkaar snuffelen en het publiek volledig uit zijn dak gaat. Ik heb mijn hoofd er net weer een beetje bij als Ceasar vraagt of hij thuis een vriendin heeft. Peeta aarzelt en schudt dan niet erg overtuigend zijn hoofd.

Ceasar:     Zo'n knappe vent als jij. Je hebt vast wel een oogje op iemand. Vooruit, hoe heet ze?

Peeta:       Nou ja, er is wel één meisje. Ik ben al heel lang verliefd op haar. Maar ik weet vrij zeker dat ze tot de boete geen idee had van mijn bestaan.

Ceasar:     Heeft ze een ander?

Peeta:       Dat weet ik niet, maar er zijn een heleboel jongens die haar leuk vinden.

Ceasar:     Nou, ik weet het goed gemaakt. Je wint, je gaat naar huis - dan kan ze je niet meer afwijzen, toch?

Peeta:       Ik denk niet dat dat gaat werken. Winnen... zal in mijn geval niet helpen.

Ceasar:     Waarom niet, in vredesnaam?

Peeta:       Omdat... omdat... ze hier samen met mij naartoe is gekomen.


Mijn zusje en mijn moeder zijn de eersten die afscheid komen nemen. Ik steek mijn armen uit naar Prim en ze klimt op mijn schoot, haar armen om mijn nek, haar hoofd op mijn schouder, net als toen ze nog een kleuter was. Mijn moeder zit naast me en slaat haar armen om ons heen. We zijn een paar minuten stil. Dan begin ik alles op te sommen waar ze aan moeten denken nu ik er niet meer zal zijn om het voor hen te doen. Prim mag zich niet inschrijven voor bonnen. Als ze zuinig zijn kunnen ze het net redden met de verkoop van Lady's melk en kaas en de kleine apothekerszaak die mijn moeder tegenwoordig runt voor mensen van de Laag. Gale kan de kruiden voor haar zoeken die ze niet zelf kweekt, maar ze moet ze heel precies aan hem beschrijven, omdat hij ze niet zo goed kent als ik. Hij zal hun ook vlees brengen - daar hebben we ongeveer een jaar geleden een afspraak over gemaakt - en zal er waarschijnlijk niets voor terugvragen, maar ik zeg dat ze hem moeten bedanken met een ruilmiddel, melk of medicijnen bijvoorbeeld. Ik neem niet de moeite om te opperen dat Prim misschien zou kunnen leren jagen. Ik heb het een paar keer met haar geprobeerd en dat verliep rampzalig. Ze was doodsbang voor het bos, en telkens als ik iets schoot begon ze huilerig te zeggen dat we het beest misschien nog konden redden als we op tijd thuis waren. Maar ze doet het goed met haar geit, dus daar concentreer ik me maar op. Als ik klaar ben met mijn instructies over brandstof en ruilhandel en niet van school gaan, kijk ik mijn moeder aan en grijp haar arm vast, heel stevig. Ik zeg haar dat ze niet nog een keer weg mag gaan. Mijn moeders ogen zoeken de grond terwijl ze antwoord dat ze dat weet en dat dat niet zal gebeuren. Ze kon er de vorige keer niets aan doen. Ik vertel haar dat ze er dit keer wel iets aan moet doen. Dat ze niet zomaar kan afzwaaien en Prim er dan alleen voor zal staan. Ik zal er niet meer zijn om ze allebei in leven te houden. Wat er ook gebeurt, wat ze ook op televisie ziet, ze moet beloven dat ze zich erdoorheen zal vechten!
                                                                                                 - Katniss Everdeen


© 2024 Blixyz Boeken Blog. Alle rechten voorbehouden.
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin